Uitbreiding Betje Wolff Museum, Middenbeemster
MiddenbeemsterEen meer gastvrij ontvangst
Het Betje Wolff Museum in Middenbeemster, gewijd aan de schrijfster Betje Wolff en het leven in het Werelderfgoed de Beemster, breidde in 2024 met steun van BPD Cultuurfonds uit. Met de nieuwe vleugel die aan het rijksmonumentale pand werd gebouwd, is meer ruimte gecreëerd voor onder andere de entree en een museumcafé, waarmee het museum een meer gastvrije ervaring wilt bieden.

Vrijzinnige schrijfster
Betje Wolff (1738-1804) was een vrijzinnige schrijfster die haar gedachten deelde over onder andere opvoeding en scholing van kinderen en vrouwenrechten, die nog steeds actueel zijn. Samen met haar vriendin Aagje Deken schreef zij de briefroman ‘Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart’.
Van 1759 en 1777 woonde Wolff met haar man in de voormalige pastorie in Middenbeemster waarin nu het museum huist. Op de zolder van het gebouw had Wolff een eigen kamertje dat ze ‘Kipperust’ noemde. Daar kon zij in alle rust gedichten, artikelen en vertalingen schrijven.
In het museum kunnen bezoekers Betje Wolff in haar schrijfkamer zien zitten, omringd door haar boeken. Ook de andere kamers in het huis zijn met authentieke meubelen ingericht naar achttiende-eeuws voorbeeld. Achter het museum is een moestuin met groenten en kruiden passend bij het tijdsbeeld. Deze geven in inzicht in hoe men vroeger in de Beemster leefde.
Zorgvuldige uitbreiding
Omdat het museum gevestigd is in een rijksmonumentaal pand, zijn er bij de uitbreidingsplannen onder andere deskundigen van de gemeente, de provincie en de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed betrokken geweest. Zo is ervoor gezorgd dat belangrijke historische elementen van het gebouw niet verloren zouden gaan. Bovendien is de uitbreiding uitgevoerd in passende architectuur door middel van houtbouw en historische dakpannen.